Ontmoetingen op de Transsiberische trein

Op de trip van Moskou naar Irkutsk hadden we 3,5 dag tijd om te lezen, te genieten van de omgeving, maar ook om een heel aantal mensen te leren kennen. De converstaties met zovele nationaliteiten en culturen waren een apart verslag waard en dus bij deze.

De rode draad van het hele bonte gezelschap, was dat ze elk hun eigen verhaal hadden. Dat ging van mensen die hun job hadden opgegeven (klinkt bekend ;-)), tot mensen die in Europa gewoond hadden en nu terugkeerden naar hun thuisland, tot mensen die eens serieus wilden nadenken over het ‘echte’ leven. Stof genoeg voor meerdere ‘filosofische’ gesprekken (en om ons Engels en Frans wat te verbeteren).

We zaten vlak aan de ingang van de wagon, naast de samovar (waterkoker), een ideale uitvalsbasis om gesprekken aan te knopen. Iedereen die uitstapte of warm water kwam halen, moest voorbij onze coupé en dan is een gesprek snel aangeknoopt.

De eerste die bij ons binnensprong, was Dave, een 26-jarige Australiër die 2 jaar in Amsterdam had gewoond en nu terugging naar de andere kant van de wereld. Hij praatte een aardig mondje Nederlands en was de sociaalste uit de hoop. Als we hem zouden moeten beschrijven dan zouden we ‘lijm’ willen gebruiken. Van die types die ervoor zorgen dat iedereen met iedereen aan de praat geraakt, best handig. Zeer sympathieke en vlotte gast die er om één of andere reden altijd in sloeg om tijdens elke stop aan alcohol te geraken. Zijn coupé was dan ook de beruchte en luidruchtige ‘bierspellekes-coupé’ (gelukkig niet naast de onze ;-)).

Een andere hoofdrolspeler was Alan of liever Yun Hei Fok want Alan was zijn Britse naam. Alan had net 4 jaar studies in Edinburgh (Schotland) achter de rug en keerde nu terug naar zijn thuisland Hong-Kong. Twee jaar had hij gespaard om vanuit London per trein naar Hong-Kong te reizen. Alan sprak naast vloeiend Engels, ook nog een aantal andere talen waaronder Chinees en dat kwam ons, zittend op een Chinese trein met Chinese conducteurs, bijzonder goed uit. Hij had een hoog ADHD-gehalte, maar was zo schattig dat je dat er met plezier bijnam. Verschillende keren is hij onze coupé binnengesprongen en we hebben zowat over alles gepraat waarover te praten valt. Eén gesprek was wel bijzonder intens nl. wanneer we doorvroegen naar hoe het is om te leven in Hong-Kong. Samengevat kwam het neer dat hij blij was dat hij 4 jaar heeft kunnen genieten van het leven, maar dat het mooie leven vanaf nu over is. Zoals de meeste mensen in Hong-Kong zal hij nu ‘in het rijtje’ moeten gaan lopen en daar had hij blijkbaar weinig zin in. Ik had gedacht dat het leven in Hong-Kong iets rooskleuriger zou zijn, maar volgens wat Alan zei, neigt dat naar een ‘kaste-systeem’. Je achternaam én de school waar je gestudeerd hebt, bepaalt volledig je toekomst. Niet wat je wil studeren is belangrijk, maar wel in welke school. Een logisch gevolg hiervan is dat iedereen eender wat wil studeren, als het maar aan één van de topscholen is. Met als resultaat dat de meeste ‘Hong-Kongers’ een job doen die ze niet willen doen. Als we op deze reis Hong-Kong passeren, zullen we zeker een beroep doen op Alan om ons rond te leiden.

Een ander interessante avond hebben we gespendeerd met een Catalaans koppel uit de buurt van Barcelona, Ingrid & Joan. Zij was een ingenieur met een doctoraatsdiploma die regelmatig in het buitenland werkte en dus vlot Engels sprak. We hebben het lang gehad over hoe het is om te leven in Spanje. In België horen we vanalles over de Zuiderse landen, maar het was frappant om te vernemen dat het nog erger is/klinkt dan wat er op het nieuws wordt gezegd. Ingrid & Joan werkten zich naar eigen zeggen kapot zonder dat het veel opbrengt. Joan deed zelfs drie jobs om rond te komen. Ze hadden deze reis geboekt om eens ernstig na te denken of ze niet beter zouden verhuizen i.p.v. dit veel te hectische leven te blijven lijden. Wederom een avond waar we beseften hoe goed het (voorlopig) toch wonen is in België… .

Ook een vermelding waard zijn Gail & Deborah, twee zussen van de Westkust van de USA (in de buurt van Seattle). Met hen hebben we eigenlijk veel tijd doorgebracht en ze hebben ons zelfs op een ontbijt getrakteerd (wetende dat je hier op de trein weinig opties hebt, is dat een serieuze luxe ;-)). Beiden hadden al heel wat gereisd en zoals dat dikwijls gaat met Amerikanen van de Westkust waren ook Gail & Deborah zeer ‘open minded’ en kenden ze hun geschiedenis. Hele leuke gesprekken gehad over de verschillen tussen Europa en de States. Het verbaasde me dat ze zoveel wisten over Europa, maar dat had dan ook te maken met al hun reiservaringen. Gail was een Amerikaans essay aan het lezen over de Europese geschiedenis van 1989 tot 2013 en ik heb het mogen lenen. Op deze trein is er tijd genoeg en het telde ‘slechts’ 75 pagina’s. Ik had gedacht om een iets andere invalshoek te krijgen dan dat wij, Europeanen, gewend zij,n maar eigenlijk was het niet meer dan een concrete samenvatting van wat we allemaal al weten (of zouden moeten weten ;-)).

De laatste avond hebben we Ariël ontmoet, een New-Yorker die twee wagons verder zat met enkel Russen in de buurt. Hij was net afgestudeerd als advocaat en zijn motto was: ‘ik ga nu nog snel een aantal maanden reizen want als ik begin te werken dan is het voor altijd gedaan’. Hij lachte ermee, maar eigenlijk meende hij het wel. Als je vergelijkt hoeveel verlofdagen wij in België hebben en je vergelijkt dat aantal met andere landen dan val je achterover. Drie jaar geleden was ik al eens in de States en heb toen verschillende gesprekken gehad over ‘vacation’, maar Amerikanen zijn stikjaloers op ons verlofsysteem. Dikwijls hebben ze zelfs niet meer dan 12 dagen per jaar, en dat geldt niet alleen voor de States, maar voor een meerderheid van de landen. Nog opmerkelijker was het feit dat Ariël zijn studies betaald heeft met geld gewonnen van pokeren. Zoals alles was het begonnen als een hobby, maar in zijn geval werd dit snel een passie en zelfs een obsessie. Op het toppunt van zijn ‘pokercarrière’ (net voor zijn studies, rond 2009) was hij – naar eigen zeggen (en ‘bevestigd’ door google) – één van de beste pokerspelers ter wereld en verdiende hij tonnen geld. Omdat ik een aantal mensen ken die graag pokeren, heb ik voor alle zekerheid zijn naam én pokernaam genoteerd: Ariël Schneller, bekend onder Foxwoods Fiend. Omdat ik zelf ook nogal snel ‘verslaafd’ geraak aan vanalles en nog wat, hebben we een nieuwe definitie van ‘verslaving’ verzonnen: ‘zolang je wint, is het geen verslaving maar een passie; van zodra je begint te verliezen, is het een verslaving’. Ik kon me daar wel in vinden ;-).

Verder zaten er nog wel wat boeiende mensen op onze wagon waaronder Ruut, een Finse die net haar bachelor had gehaald en vond dat het ‘nu’ moest gebeuren. Verder twee Fiona’s. Fiona uit Zwitserland die nu in Shangai woonde en die graag meedeed met de bierspellekes. Daardoor miste ze op een haar na de trein net niet. De conducteurs konden er niet met lachen. De andere Fiona kwam uit Schotland en vond dat land maar niks. Ze dacht na om te verhuizen naar Australië of Nieuw-Zeeland, maar haar familie achterlaten vond ze voorlopig net iets teveel van het goede. En tot slot waren er ook nog vier mensen van Wales. Twee vrienden die onmiddellijk na hun studies een jaar ‘rotjobs’ hadden gedaan om eindelijk deze reis te kunnen doen én een koppel dat halverwege hun wereldreis van een jaar zat.

Je ziet, verschillende nationaliteiten, culturen en talen, maar dat maakt reizen (voor ons) net zo boeiend.